Hoe adresseer ik objecten die aan meerdere openbare ruimten liggen?
Als een object gelegen is aan meerdere openbare ruimten (zoals een hoekwoning van een rijtje woningen) dient voor het betreffende object de gerelateerde openbare ruimte te worden bepaald.
In paragraaf 7.3.12 Relatie: ligt aan gerelateerde openbare ruimte van de Catalogus BAG wordt de gerelateerde openbare ruimte als volgt omschreven:
De unieke aanduiding van een Openbare ruimte waaraan een adresseerbaar object is gelegen.
Er wordt in de Catalogus dus niet specifiek voorgeschreven welke openbare ruimte gebruikt moet worden in het adres. Het is echter wel de bedoeling om te adresseren aan de openbare ruimte die dienst doet voor de ontsluiting van het object. Dit kan ook worden afgeleid uit de definitie van een verblijfsobject. Ontsluiting is een van de criteria waarnaar gekeken wordt bij de afbakening van een verblijfsobject.
Het adresseren op basis van ontsluitbaarheid komt de vindbaarheid en de bereikbaarheid van het object ten goede.
Er zijn drie situaties denkbaar waarbij een adresseerbaar object aan meerdere openbare ruimte gelegen is. Deze situaties worden hieronder toegelicht.
- Situatie 1: Het object wordt ontsloten door dezelfde openbare ruimte als de overige objecten in de rij.
- Situatie 2: Het object wordt ontsloten door een andere openbare ruimte dan de overige objecten in de rij.
- Situatie 3: Het object wordt ontsloten door meerdere openbare ruimten.
Situatie 1
In deze situatie wordt het object ontsloten door de Zijstraat. Als het object niet benaderbaar is vanaf de Hoofdstraat, dan is het niet handig om deze openbare ruimte te gebruiken in het adres. Het object zal dus worden geadresseerd als Zijstraat 1.
Situatie 2
In deze situatie wordt het object ontsloten door de Hoofdstraat. De voordeur van het object bevindt zich aan de Hoofdstraat en niet aan de Zijstraat, zoals wel het geval is bij de aansluitende woningen. Als het object niet benaderbaar is vanaf de Zijstraat, dan komt adressering aan de Zijstraat de vindbaarheid niet ten goede. Het object zal worden geadresseerd als Hoofdstraat 24.
Situatie 3
In deze situatie wordt het object ontsloten door zowel de Zijstraat als de Hoofdstraat. Dit betekent dat het object vanaf beide openbare ruimten te benaderen is. Bij het adresseren van dit object ligt het voor de hand de hoofdtoegang te gebruiken als hoofdadres. Als de neventoegang een wezenlijke betekenis heeft bij het aanduiden van het object – zoals een leveranciersingang – is het mogelijk een nevenadres toe te kennen aan de neventoegang van het object. Zie hiervoor ook het artikel 'Kunnen er twee huisnummers aan een verblijfsobject worden toegekend?'.
Gerelateerde artikelen met betrekking tot dit artikel: